Compensatie kinderopvangtoeslagaffaire en Wsnp: situatie vanaf juli 2021
Dit artikel beschouwt de afhandeling van de compensatie kinderopvangtoeslagaffaire in relatie met de Wsnp.
Zie ook het voorafgaande artikel: Compensatie kinderopvangtoeslagaffaire en de Wsnp: situatie vanaf 20 april 2021.
WSNP Periodiek november 2021, nr. 4
Christiane Koppelman
1. Inleiding
Mijn artikel over de toeslagenaffaire en de Wsnp in de augustus-uitgave van WP1 startte met de opmerking dat de ontwikkelingen in het dossier toeslagenaffaire elkaar ook wat betreft de Wsnp snel opvolgen. Thans lijkt het stof op dat specifieke vlak wat te zijn neergedaald. Het overgrote deel van de Wsnp’s waarin recht is op (volledige) compensatie van de geverifieerde schuldenlast en het salaris van de bewindvoerder2 lijkt bekend te zijn en de Belastingdienst is begonnen met het uitbetalen van de compensatie.
2. Cijfers
Op 30 september jl. heeft de Staatssecretaris de achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag aan de Tweede Kamer aangeboden3. Tot 30 september 2021 hadden zich circa 47.000 ouders (tot 22 juni 2021: 42.000) gemeld bij de UHT (Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen). Verwachting is dat ruim 28.000 ouders tot de doelgroep van de hersteloperatie behoren. Circa 20.000 ouders hebben de forfaitaire tegemoetkoming van € 30.000 ontvangen (tot 22 juni 2021 waren dat er 19.000). Ongeveer 4.200 ouders4 hebben een integrale beoordeling gehad, waarvan meer dan 1.700 ouders een aanvullende uitbetaling hebben ontvangen5. Op basis van de lichte toets komen 13.736 ouders vooralsnog niet in aanmerking voor uitbetaling van € 30.000. Ouders die zich na 15 februari 2021 hebben gemeld, krijgen binnen zes maanden duidelijkheid over de uitkomst van de lichte toets. De Belastingdienst verwacht in het vierde kwartaal van 2021 5.500 ouders duidelijkheid te kunnen bieden of zij in aanmerking komen voor de forfaitaire tegemoetkoming van € 30.000. Wat betreft de integrale beoordeling blijft de inzet om eind 2021 in totaal 8.300 ouders een dergelijke beoordeling te hebben geboden6.
3. Ontwikkelingen van invloed op Wsnp’s
In mijn artikel in de augustus-uitgave van WP7 heb ik vermeld dat, vooruitlopend op wetgeving, de speciale positie van gedupeerde ouders waarop de Wsnp van toepassing is, is vastgelegd in het Besluit compensatie schuldentrajecten8. Met die wetgeving wordt gedoeld op de Wet hersteloperatie toeslagen. Het idee was om dit wetsvoorstel in september 2021 aan de Tweede Kamer voor te leggen, maar de staatssecretaris heeft, na een kritisch advies van de Raad van State (RvS), besloten dit op een later tijdstip te doen. Volgens de staatssecretaris heeft het later indienen van het wetsvoorstel geen gevolgen voor de voortgang van de hersteloperatie9. Nu delen van het advies van de RvS openbaar zijn geworden, heeft de staatssecretaris op 25 oktober 2021 het gehele advies plus het concept van het wetsvoorstel, hetgeen zeer ongebruikelijk is, aan de Tweede Kamer gezonden10.
Dat het later indienen van het wetsvoorstel geen gevolgen heeft voor de voortgang van de hersteloperatie, lijkt voor gedupeerden in de Wsnp inderdaad het geval te zijn.
Vanaf 7 juni 2021 kunnen de in Wsnp’s geverifieerde crediteurenlijsten worden ingediend bij de Belastingdienst (Cap Inning, Postbus 100, 6400 AC Heerlen of cap.uht.wsnp.msnp@belastingdienst.nl)11. Na indiening van de geverifieerde crediteurenlijsten wordt eerst gecontroleerd of de publieke schulden zijn kwijtgescholden, waarna de private schulden worden betaald aan de Wsnp-bewindvoerder12. Publieke schulden zijn: schulden waarbij de Staat schuldeiser is. Het gaat om het CJIB, het LBIO, het UWV, de SVB, de DUO, het CAK, de waterschappen en gemeenten13.
Op 30 september 2021 waren de publieke schulden van alle Wsnp-gedupeerden, die eind juli 2021 in beeld waren, kwijtgescholden door de betrokken Rijksorganisaties, op een aantal uitzonderingen na. Bij lokale overheden zijn nog niet alle kwijtscheldingen van schulden van Wsnp- en Msnp-trajecten van ouders afgerond14. Op 30 september jl. had de Belastingdienst 327 geverifieerde crediteurenlijsten ontvangen en waren er in 221 Wsnp’s betalingen op de boedelrekeningen van Wsnp-bewindvoerders verricht15. In de praktijk zie ik dat het voorkomt dat ten tijde van de uitbetaling van de compensatie nog niet alle kwijtscheldingsbesluiten van de publieke schulden zijn bijgevoegd, zodat de bewindvoerder navraag dient te doen bij de betreffende publieke schuldeiser en/of bij de Belastingdienst.
Bij de Rechtbank Overijssel heeft er inmiddels (stand begin november 2021) in circa een tiental Wsnp’s een uitkering van het bedrag van de geverifieerde schulden en het salaris van de bewindvoerder (plus het verschuldigde griffierecht) op de boedelrekening plaatsgevonden.
In het stappenplan voor afwikkeling van schuldhulpverleningstrajecten dat in een Kamerbrief van de staatssecretaris van 7 juli 2021 is opgenomen, wordt nog opgemerkt dat de Wsnp-bewindvoerder de aanvraag (voor betaling van de geverifieerde schuldenlast en het salaris van de bewindvoerder) samen met de afschriften van de boedelrekening bij het speciaal daarvoor geopende loket moet indienen. Volgens Bureau Wsnp is het voldoende om de gegevens van de boedelrekening waarop het aangevraagde bedrag moet worden gestort, mee te sturen en kan het toesturen van afschriften achterwege worden gelaten. Ten aanzien van mogelijk te betalen griffierecht voor het ter inzage leggen van een slotuitdelingslijst merkt Bureau Wsnp op dat het griffierecht in de aanvraag kan worden opgevoerd, ook als niet op voorhand duidelijk is op welke wijze de Wsnp zal eindigen. Als achteraf blijkt dat er geen griffierecht hoeft te worden voldaan, kan dit worden teruggestort naar de Belastingdienst16.
Wat betreft de aanvullende herstelregelingen voor onder andere ex-partners van de oorspronkelijke aanvragers van de kinderopvangtoeslag (KOT), heeft de staatssecretaris de Tweede Kamer bij brief van 29 oktober 2021 geïnformeerd17. Er worden twee criteria gehanteerd om vast te stellen of een ex-partner in aanmerking komt voor de ex-partnerregeling. Als eerste komen ex-partners in aanmerking die toeslagpartner waren van de gedupeerde aanvrager voor minstens één jaar na de eerste terugvordering. Ten tweede kunnen ex-partners die toeslagpartner waren van de gedupeerde aanvrager in het jaar waarop de KOT-terugvordering ziet (d.w.z. was toeslagpartner bij de KOT-aanvraag) en waarbij de onterechte KOT-terugvordering betrekking had op het eigen kind van de ex-partner een beroep doen op de herstelregeling18. Het voorstel is om ex-partners die voldoen aan één of beide criteria een vast forfaitair bedrag van € 10.000 als tegemoetkoming voor materiële en immateriële schade te bieden. Indien blijkt dat de ex-partner resterende en aan de KOT-problematiek gerelateerde schulden heeft die de € 10.000 te boven gaan, komen deze schulden in aanmerking voor schuldenaanpak. De Staatssecretaris schat in dat het om 7.000 tot 9.800 ex-partners gaat19. Wat vorenstaande voor ex-partners op wie de Wsnp van toepassing is, betekent, is nog onbekend. Indien er geen regelgeving wordt ontwikkeld als voor de gedupeerde ouders in de Wsnp tot stand is gekomen, valt het forfait van € 10.000 in de boedel en moet het worden aangewend voor aflossing van de onder de werking van de Wsnp vallende schulden.
Op 14 oktober 2021 heeft de Tweede Kamer de motie Grinwis Van der Plas20 aangenomen. De motie is bedoeld voor gedupeerde ouders die nog geen gebruik maken van een minnelijke of wettelijke schuldregeling. In de motie wordt overwogen dat ouders die zijn getroffen door de toeslagenaffaire de vergoeding van € 30.000 moeten kunnen besteden aan een nieuwe financiële start en niet aan het afbetalen van oude opgelopen schulden (in de motie wordt verwezen naar het conceptbeleidsbesluit betaling private schulden op grond waarvan in veel gevallen niet de hoofdsom van leningen, maar alleen de achterstanden worden vergoed21). De leden Grinwis en Van der Plas verzoeken de regering ervoor zorg te dragen dat de ouders die dat willen toegang krijgen tot een traject binnen de schuldhulpverlening of Wsnp, zodanig dat het Besluit compensatie schuldentrajecten22 (verder te noemen: het Besluit) integraal van toepassing blijft, zodat ouders indien gewenst zelf vorm kunnen geven aan een route naar een schuldenvrije toekomst23.
In het Besluit is de speciale (meer urgente) positie van gedupeerde ouders waarop de Wsnp van toepassing is of ten aanzien waarvan een buitengerechtelijke schuldregeling tot stand is gekomen, vastgelegd. In het Besluit is bepaald dat degene die recht heeft op de forfaitaire vergoeding van € 30.000 in aanmerking komt voor compensatie. De term compensatie wordt wat betreft gedupeerde ouders waarop de Wsnp van toepassing is, gebruikt voor het bedrag waarmee de geverifieerde schuldenlast en het salaris van de bewindvoerder wordt afgelost en betaald. Ten aanzien van gedupeerde ouders in een buitengerechtelijke schuldregeling wordt met compensatie het bedrag van de vorderingen binnen de buitengerechtelijke schuldregeling en de vergoeding voor de schuldbemiddelaar bedoeld24. Mogelijk gevolg van deze aangenomen motie is dat er (extra) verzoeken tot toepassing van de Wsnp worden ingediend. Het voordeel van het oplossen van schulden in een wettelijke ten opzichte van een buitengerechtelijke schuld(sanerings)regeling is dat in een Wsnp een schone lei kan worden verkregen. Indien zich na het eindigen van een buitengerechtelijke schuldregeling wegens kwijtschelding en betaling van alle schulden binnen de buitengerechtelijke schuldregeling, een nieuwe schuldeiser meldt die kan aantonen recht te hebben op betaling, moet die schuldeiser alsnog (uit eigen middelen) worden voldaan.
4. Praktische uitwerking voor de Wsnp-praktijk
In mijn artikel in de augustus-uitgave van WP heb ik geconcludeerd dat de regelgeving betreffende de toeslagenaffaire en de Wsnp ondertussen vooral door de betrokkenen in de praktijk toepasbaar is gemaakt. In deze paragraaf bespreek ik nog een aantal onderwerpen dat in de praktijk moest worden uitgekristalliseerd. Voorbeeld is de wijze van vaststelling van het salaris in het eindvonnis in Wsnp’s waarin saniet gedupeerde is van de toeslagenaffaire.
Op grond van de sinds 1 oktober 2013 van toepassing zijnde berekeningssystematiek van de vergoeding en het salaris mag het bedrag van het salaris slechts worden vastgesteld op het boedelsaldo plus het bedrag dat als voorschot op het salaris is opgenomen door de Wsnp-bewindvoerder. Het deel van de vergoeding dat niet van de boedel kan worden opgenomen, wordt aangevuld door de Raad voor de Rechtsbijstand (RvR). Echter in de Wsnp’s waarin de Belastingdienst een garantieverklaring heeft afgegeven, inhoudende dat de onder de werking van de Wsnp vallende schulden worden kwijtgescholden en afgelost, heeft de Rechtbank Overijssel het boedelsaldo laten overboeken naar saniet of, indien daarvan sprake is, diens beschermingsbewindvoerder. In deze Wsnp’s is dus geen boedelsaldo meer aanwezig en kan het salaris formeel niet meer op het boedelsaldo plus opgenomen voorschotten worden vastgesteld.
Aangezien de Belastingdienst de totale vergoeding voor zijn rekening neemt, is het niet de bedoeling dat een beroep wordt gedaan op de RvR. Door in de eindvonnissen in Wsnp’s waarin saniet gedupeerde is van de toeslagenaffaire uitdrukkelijk te overwegen dat de toepassing van de toeslagenaffaire op de Wsnp gevolgen heeft voor de berekening van de vergoeding en de vaststelling van het salaris (en wetende dat de Belastingdienst het volledige salaris plus het griffierecht aan de Wsnp-bewindvoerder zal betalen) verwacht de Rechtbank Overijssel dit formele aspect te hebben ondervangen.
Het bedrag van de vergoeding wordt (meestal) berekend op basis van drie jaar toepassing van de Wsnp plus de extra vergoeding van € 657,03 (inclusief omzetbelasting). Vervolgens wordt het salaris vastgesteld op het totaal van de vergoeding. De kosten van het griffierecht voor het deponeren van de uitdelingslijst worden door de Rechtbank Overijssel afzonderlijk vastgesteld.
Inmiddels is er een aanzienlijke hoeveelheid jurisprudentie over de toeslagenaffaire en de Wsnp. De gepubliceerde en dus voor ons kenbare jurisprudentie is hoofdzakelijk afkomstig van de Rechtbank Rotterdam25. Uit de jurisprudentie van de Rechtbank Rotterdam maak ik op dat het salaris in de eindvonnissen nog steeds wordt vastgesteld op het aanwezige actief. Ik leid hieruit af dat Rechtbank Rotterdam ervoor heeft gekozen, nadat de garantstelling van de Belastingdienst is ontvangen, het boedelsaldo nog niet te laten overboeken naar de saniet of diens beschermingsbewindvoerder. In die eindvonnissen wordt ook het extra salaris (€ 543,- exclusief btw) nog niet vastgesteld. Uit de tot nu toe bij mij bekende werkwijze van de Belastingdienst maak ik echter op dat als er minimaal drie jaar aan salaris plus extra salaris door de Wsnp-bewindvoerder wordt ‘gedeclareerd’ bij de Belastingdienst, de Belastingdienst dit ongeacht of het salaris is vastgesteld in het eindvonnis, uitbetaalt.
In mijn artikel in de augustus-uitgave van de WP heb ik vermeld dat indien saniet gedupeerde is in het kader van de toeslagenaffaire en de materiële looptijd van de Wsnp nog lang niet is verlopen, de Wsnp, na verificatie en kwijtschelding en betaling van de schulden, ook tussentijds op grond van artikel 350 lid 3 sub a Faillissementswet kan eindigen. Voordeel van die wijze van beëindiging is dat de schuldenaar binnen tien jaren opnieuw een beroep kan doen op toepassing van de Wsnp. Nadeel is, zoals hiervoor reeds is vermeld bij het eindigen van een buitengerechtelijke schuldregeling, dat er zich na het eindigen van de Wsnp een schuldeiser met een te verifiëren vordering, die recht heeft op betaling, kan melden, die dan alsnog moet worden voldaan.
Op de site van Bureau Wsnp is het standpunt van de KOT-werkgroep van Recofa vermeld26. Dit standpunt luidt onder andere dat de Wsnp in beginsel wordt beëindigd op grond van artikel 350 lid 3 sub a Faillissementswet, zodat er geen slotuitdelingslijst ter inzage hoeft te worden gelegd. Uit den lande hoor ik verschillende geluiden over de wijze waarop Wsnp’s waarin saniet gedupeerde is, eindigen. Bij de Rechtbank Overijssel laten we (als daarvoor nog voldoende materiële looptijd resteert) saniet kiezen op welke wijze hij zijn Wsnp beëindigd wenst te zien en dat heeft er tot op heden toe geleid dat alle Wsnp’s die konden eindigen in verband met de garantstelling door de Belastingdienst, met schone lei zijn geëindigd.
In april 2021 was in voornoemde juris- prudentie de teneur nog dat na drie jaar Wsnp, als er geen sprake was van toerekenbare tegemoetkomingen, de schone lei werd verleend, maar dat de financiële afwikkeling werd aangehouden in verband met de mogelijke ontvangst van een compensatievergoeding. De gedachte was toen nog dat die compensatievergoeding in de boedel zou vallen. Vanaf juni 2021 wordt, in ieder geval door Rechtbank Rotterdam, na drie jaar Wsnp, als saniet gedupeerde of mogelijk gedupeerde is van de toeslagenaffaire, de keuze voor wel of geen schone lei aan saniet gelaten. In de gepubliceerde uitspraken kiest de saniet altijd voor een schone lei. Na het verstrekken daarvan wordt de financiële afwikkeling aangehouden. In twee uitspraken wordt de schone lei ook verleend terwijl er wel toerekenbare tekortkomingen in nakoming van de verplichtingen zijn vastgesteld, echter niet in de verplichting om geen nieuwe schulden te laten ontstaan27. Mijns inziens kan er in een dergelijk geval (er is sprake van nieuwe schulden) geen schone lei worden verleend en dient er te worden gekozen voor tussentijdse beëindiging op grond van artikel 350 lid 3 sub a Fw, tenzij de compensatievergoeding (voor een deel) wordt aangewend voor betaling van die nieuwe schulden. In een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam van 16 april 2021 wordt die mogelijkheid besproken28. Het betrof sanieten die mogelijk gedupeerden zijn van de toeslagenaffaire.
Ook bij de Rechtbank Overijssel laten we saniet, als er nog voldoende materiële looptijd resteert, kiezen op welke wijze hij wil dat het traject eindigt. Er wordt verschillend geoordeeld over de vraag of er na verlening van de schone lei nog kan worden geverifieerd en of de materiële looptijd moet worden verlengd om nog een verificatievergadering te laten plaatsvinden.
Het uitgangspunt van de Rechtbank Overijssel is dat als de materiële looptijd van drie jaar bijna is verlopen en er (in het kader van de toeslagenaffaire) nog moet worden geverifieerd, de looptijd moet worden verlengd om de verificatievergadering binnen de looptijd te laten plaatsvinden. Dit is in een enkel geval ook gebeurd. In die gevallen is of wordt de schone lei (indien die is gewenst) ook eerst verstrekt nadat er is geverifieerd. Uit de jurisprudentie van de Rechtbank Rotterdam valt op te maken dat er volgens die rechtbank ook kan worden geverifieerd nadat de schone lei is verleend en nadat de materiële looptijd is verstreken, al is dat slechts in een enkel geval nodig, omdat de verificatievergadering bijna altijd tijdig heeft plaatsgevonden. Het voert in het kader van dit artikel te ver om hierop verder in te gaan, al was het maar omdat de Belastingdienst tot op heden ook verificatie na verstrekking van de schone lei en na het verstrijken van de materiële looptijd lijkt te accepteren en sanieten dus geen nadeel ondervinden van de verschillende visies van de rechtbanken.
5. Slotopmerkingen
Er wordt in de diverse media veel kritiek geuit op de hersteloperatie Toeslagen. Deze kritiek ziet voor een belangrijk deel op het niet tijdig beslissen door de Belastingdienst (UHT) op verzoeken om tegemoetkomingen toe te kennen. Het UHT overschrijdt beslistermijnen die wettelijk zijn vastgelegd29.
Vraag is of we de overschrijding van termijnen terugzien in Wsnp’s. Bij de Rechtbank Overijssel is van het overgrote deel van de Wsnp’s waarin kinderopvangtoeslagschulden bestaan, inmiddels bekend of saniet al dan niet gedupeerde is en is, als dat het geval is, de forfaitaire tegemoetkoming van € 30.000 uitgekeerd. Slechts in een enkele Wsnp is nog niet bekend of saniet zal worden aangemerkt als gedupeerde. Voor de Rechtbank Overijssel geldt dus dat overschrijding van de termijn waarbinnen moet worden beslist op een verzoek om toekenning van compensatievergoeding geen grote rol (meer) speelt. Ook van overschrijding van de termijnen die in het Besluit worden genoemd (binnen vier weken na aanvraag een beschikking en binnen vier weken na beschikking uitbetaling) is mij binnen de Rechtbank Overijssel (nog) niet gebleken.
Voetnoten
- Christiane Koppelman, ‘Compensatie kinderopvangtoeslagaffaire en de Wsnp: situatie vanaf 20 april 2021’, WP, 2021/03, p. 11 ev.
- In het Besluit compensatie gedupeerden in schuldentraject van het directoraat-generaal Toeslagen (Staatscourant 2021, 28303) wordt de term compensatie gebruikt voor het bedrag waarmee de geverifieerde schuldenlast en het salaris van de bewindvoerder wordt afgelost en betaald. De compensatievergoeding van € 30.000 wordt aangeduid als forfaitaire tegemoetkoming.
- Achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag, 30 september 2021.
- Achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag, 30 september 2021, p. 6.
- Aanbiedingsbrief achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag, 30 september 2021, Staatssecretaris A.C. van Huffelen. p. 2.
- Achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag, 30 september 2021, p. 4 en 8.
- Zie noot 1, p. 12.
- Toeslagen. Besluit compensatie gedupeerden in schuldentrajecten. Directoraat-generaal Toeslagen, Staatscourant 2021, 28303.
- Aanbiedingsbrief achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag, 30 september 2021, Staatssecretaris A.C. van Huffelen. p. 8.
- 2021-0000214014, Kamerbrief aanbieding advies Afdeling advisering Raad van State bij wetsvoorstel Wet hersteloperatie toeslagen.
- www.bureauwsnp.nl. Stand van zaken versnelde uitbetaling gedupeerde ouders en Beroepsvereniging Bewindvoerders WSNP (BBW), nieuwsbrief juli 2021, nummer 1, Update KOT-affaire voor Wsnp-zaken.
- Achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag, 30 september 2021, p. 22.
- Achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag, 30 september 2021, p. 20.
- Achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag, 30 september 2021, p. 23.
- Achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag, 30 september 2021, p. 23.
- www.bureauwsnp.nl Ontwikkelingen kinderopvangtoeslagaffaire na Kamerbrief van 7 juli 2021.
- 2021-0000218396, Kamerbrief Nieuwe regelingen gedupeerden.
- 2021-0000218396, Kamerbrief Nieuwe regelingen gedupeerden, p. 7.
- 2021-0000218396, Kamerbrief Nieuwe regelingen gedupeerden, p. 8.
- Kamerstukken Tweede Kamer, vergaderjaar 2021–2022, 31 066, nr. 890.
- Het conceptbesluit betalen private schulden (bijlage bij de Achtste Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag) is bedoeld voor gedupeerde ouders die zich niet in een minnelijke of wettelijke schuldregeling/schuldsanering bevinden. Naast het kwijtschelden van publieke schulden van deze ouders, is met een brief aan de Tweede Kamer van 25 mei 2021 aangekondigd dat het kabinet ook tot een oplossing wil komen voor private schulden van deze gedupeerde ouders en hun toeslagpartners. Vooruitlopend op wetgeving biedt dit besluit de grondslag om een bedrag te betalen ter voldoening van bepaalde, in dit beleidsbesluit omschreven, private schulden van gedupeerde ouders en hun toeslagpartners.
- Toeslagen. Besluit compensatie gedupeerden in schuldentraject, Directoraat-generaal Toeslagen, Staatscourant 2021, 28303.
- BBW Beroepsvereniging Bewindvoerders Wsnp, #toeslagenaffaire: gedupeerde ouders die nog niet in een schuldregeling zitten, kunnen via deze weg alsnog naar een schuldenvrije toekomst, LinkedIn, bericht d.d. 15 oktober 2021.
- Toeslagen. Besluit compensatie gedupeerden in schuldentraject, Directoraat-generaal Toeslagen, Staatscourant 2021, 28303, § 2.1.2 en § 2.2.2.
- ECLI:NL:RBROT:2021:3695; 3709; 3710; 3712; 6286; 6288; 6289; 6290; 6722; 8369; 8370; 8372; 8372; 8374; 9298; 9301.
- www.bureauwsnp.nl Ontwikkelingen kinderopvangtoeslagaffaire na Kamerbrief van 7 juli 2021.
- Rechtbank Rotterdam, 30 juli 2021, ECLI:NL:RBROT:2021:8370; 8372.
- Rechtbank Rotterdam, 16 april 2021, ECLI:NL:RBROT:2021:6722.
- Nationale Ombudsman, Klacht gegrond, maar geen oplossing, 2e monitor Klachtbehandeling Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen, maart t/m juli 2021, 11 oktober 2021. In: NRC, Rik Rutten, Komt het ooit nog goed met de Toeslagenaffaire?, 15 oktober 2021.
Organisatie
- Wsnp Periodiek
Documentsoort
- Vakliteratuur
- Wsnp periodiek
Trefwoorden
- Belastingdienst/toeslagen
- Kindertoeslagaffaire
- Wsnp Periodiek
Gerelateerd
In haar brief van 20 april 2021 bericht de Staatssecretaris dat in alle Wsnp-dossiers waarin is vastgesteld dat saniet recht heeft op de compensatievergoeding van € 30.000,-, naast kwijtschelding van de publieke schulden, een garantie wordt ...
Uitleg over toeslagen en de samenloop met de Wsnp. Hoe om te gaan met toeslagvorderingen, verrekening, beslag en een betalingsregeling.
Uitleg over een schuld uit een erfenis waarvoor meerdere erfgenamen aansprakelijk zijn. Hoe in de Wsnp om te gaan met het eventueel regresrecht? Vervolg op artikel 'Een conserverende aanslag?'.