Afwijzing Wsnp-verzoek: minnelijk traject niet of niet goed uitgevoerd

Rechtbank Oost-Brabant, 24 juli 2025

Er is geen aanbod aan de schuldeisers gedaan omdat kort gezegd het zakelijke pand van verzoeker nog niet was getaxeerd en verkocht en het nog niet duidelijk was of de gemeente ter zake de verstrekking van algemene bijstand nog een schuld had. De rechtbank stelt vast dat slechts als er sprake is van bijzondere redenen van een doorlopen van het minnelijk traject kan worden afgezien. Van zo’n reden is in dit geval niet gebleken en het minnelijk traject had hier doorlopen moeten worden. Omdat dit nagelaten is, zal het Wsnp-verzoek worden afgewezen.

Daarbij krijgt de gemeente van de rechtbank in rechtsoverwegingen 2.6 en 2.7 een forse tik op de vingers:

De rechtbank is van oordeel dat de gemeente onvoldoende inspanning heeft geleverd om tot een buitengerechtelijke schuldregeling te komen. (…) De rechtbank begrijpt dat verzoeker zelf het verzoekschrift heeft ingediend en dat de schuldhulpverlening hem daar verder niet in heeft begeleid. De rechtbank vindt dat ook dit niet past bij de zorgplicht van de gemeente.

Rechtbank Oost-Brabant, 24 april 2025

Het minnelijk traject is overgeslagen omdat mogelijk in de periode 2019/2020 schulden zijn ontstaan die nog niet bekend zijn geworden bij de beschermingsbewindvoerder en de schuldhulpverlener.

De rechtbank stelt vast dat verzoeker sinds 1 maart 2021 onder beschermingsbewind staat en dat er gedurende het bewind geen nieuwe schulden zijn ontstaan. Verzoeker woont sinds 2019 op hetzelfde adres. Sindsdien hebben zich geen schuldeisers meer gemeld. Dat kans dat er zich alsnog schuldeisers zullen melden is naar het oordeel van de rechtbank gering. Gezien ook het aantal en het soort de schuldeisers dat zich gemeld heeft bij verzoeker / de beschermingsbewindvoerder ziet de rechtbank geen aanleiding te vermoeden dat zich nog meer schuldeisers zullen melden. De rechtbank is dan ook van oordeel dat een minnelijk traject onder deze omstandigheden niet overgeslagen had moeten worden en wijst het Wsnp-verzoek af.

Rechtbank Oost-Brabant, 9 januari 2025

Verzoekster voert aan dat het gaat om een complex verleden (huwelijk in gemeenschap van goederen, onderneming ex-man, overlijden ex-man, fraudezaak, verslaving, medische en psychische problemen) en dat de totale schuldenlast niet is vast te stellen. De rechtbank oordeelt echter dat niet aannemelijk is gemaakt dat niet alle schuldeisers bekend zijn en de schuldenlast niet dusdanig onduidelijk of complex is dat een minnelijk traject achterwege had kunnen blijven en wijst het verzoek af.

Rechtbank Oost-Brabant, 9 januari 2025

Afwijzing, kort gezegd, omdat de rechtbank van oordeel is dat de gemeente onvoldoende inspanning heeft geleverd om tot een buitengerechtelijke regeling te komen. Dit terwijl de gemeente wel een aanbod heeft gedaan tijdens het minnelijke traject en 1 schuldeiser dit aanbod heeft geweigerd vanwege een foutief genoemd saldo van de vordering. Gemeente stelt zich op het standpunt dat het juiste saldo niet was te achterhalen, omdat de betreffende deurwaarder met pensioen is gegaan. De rechtbank vindt dus dat de gemeente toch meer had moeten doen om achter het juiste saldo te komen.

Rechtbank Limburg, 17 december 2024

De rechtbank wijst het verzoek af omdat de schulden binnen 36 maanden kunnen worden betaald, het minnelijk traject onterecht is overgeslagen, geen geslaagd beroep kan worden gedaan op de hardheidsclausule en bij één verzoeker sprake is van psychosociale problematiek terwijl er geen stabiliteitsverklaring is ingebracht. Voor wat betreft het overslaan van het minnelijk traject oordeelt de rechtbank: aan een minnelijk traject dient een wettelijk verzoek vooraf te gaan. Hier kan en mag niet zonder meer aan voorbij gegaan worden. De beschermingsbewindvoerder verklaarde dat er wellicht nog oude schulden boven water kunnen komen. Echter verklaarde zij ook dat de oude schulden inmiddels door beslag voldaan zouden zijn. Voorts heeft zij geen verklaring kunnen geven waarom momenteel niet alle schulden in kaart gebracht zouden kunnen worden.