Dwangakkoord afgewezen want geen problematische schulden
De rechtbank wijst een verzoek tot oplegging van een dwangakkoord af.
Aan de zes concurrente schuldeisers is een aanbod gedaan van een uitkering van 30,32% van hun vorderingen op een termijn van 18 maanden. Dit terwijl de totale schuldenlast in circa 38 maanden kan worden afgelost. Twee schuldeisers stemmen niet in met het voorstel. De ene schuldeiser wenst volledige betaling van de vordering, de andere schuldeiser stelt zich op het standpunt dat het voorstel moet worden berekend op een termijn van 36 maanden.
De redenering dat er sprake is van een problematische schuldsituatie wanneer een schuldenaar niet in staat is zijn schulden binnen 18 maanden te voldoen acht de rechtbank niet juist. Een schuldenaar bevindt zich in een problematische schuldsituatie als is te voorzien dat deze niet zal kunnen blijven voortgaan of al is gestopt met afbetalen. Op grond van de berekening van het vrij te laten bedrag van de schuldhulpverlener heeft verzoeker een afdrachtcapaciteit van circa € 700,- per maand. Ook zal het spaarsaldo van verzoeker ad € 6.000,- worden ingezet voor de aflossing. Al met al is verzoeker op die manier in circa 38 maanden van zijn volledige schuldenlast af.
Naar het oordeel van de rechtbank is dat een afzienbare periode; van een klemmende en uitzichtloze situatie is geen sprake. Verzoeker heeft perspectief om zijn schuldenlast volledig te voldoen binnen een afzienbare periode. Dit kan en mag van hem worden verwacht. De rechtbank oordeelt dan ook dat er geen sprake is van een problematische schuldensituatie.
Organisatie
- Rechtbank Overijssel
Documentsoort
- Uitspraken en jurisprudentie
Trefwoorden
- Dwangakkoord (287a Fw)
- Dwangmiddelen
- Rechtbank
- Rechtspraak
- Wetswijziging 1 juli 2023
Gerelateerd
Verzamelde uitspraken van rechtbank Den Haag betreffende de toewijzing van een verzoek tot oplegging van een dwangakkoord.
Verzamelde uitspraken van rechtbank Den Haag waarin de rechtbank het verzoek om oplegging van een dwangakkoord afwijst.
De rechtbank wijst het verzoek om oplegging van een dwangakkoord af. De weigering door de schuldeiser is niet onredelijk, aldus de rechtbank.