Verkorting looptijd Wsnp na traag Msnp-traject
Toewijzing WSNP met vaststelling looptijd op 1 jaar, omdat de afdeling schuldhulpverlening van de gemeente er de afgelopen (ruim) vijf jaar niet in is geslaagd verzoekers naar behoren te helpen door een buitengerechtelijke schuldenregeling te voltooien. In het voorstel dat ter zitting is gedaan om de buitengerechtelijke schuldenregeling nogmaals, maar nu snel en deugdelijk, te doorlopen heeft de rechtbank gelet op het traject sinds 2016 geen enkel vertrouwen.
Het primaire verzoek ex artikel 287a Fw om een schuldeiser te bevelen mee te werken aan een buitengerechtelijke schuldenregeling, wordt door de rechtbank afgewezen. Het voorstel is onvoldoende duidelijk gedocumenteerd. Dit vindt haar oorzaak in een zeer gebrekkig schuldhulptraject, dat zowel inhoudelijk als voor wat betreft het tijdverloop niet als deugdelijk kan worden aangemerkt. Ter zitting wordt het voorstel gedaan om de buitengerechtelijke schuldenregeling nogmaals, maar nu snel en deugdelijk, te doorlopen. De rechtbank heeft, gelet op het traject sinds 2016, in dit voorstel geen enkel vertrouwen. Gelet op de bijzondere omstandigheden stelt de rechtbank de looptijd van de schuldsaneringsregelingen vast op één jaar (in plaats van drie). Het saldo dat tijdens het schuldtraject bij de gemeente is gespaard, valt daarmee in de boedel, terwijl voor wat betreft het einde van de looptijd op deze manier zoveel mogelijk wordt aangesloten bij het eindmoment dat er bij een geslaagd schuldentraject zou zijn geweest.
Organisatie
- Rechtbank Den Haag
Documentsoort
- Uitspraken en jurisprudentie
Trefwoorden
- Dwangakkoord (287a Fw)
- Rechtspraak
- Schuldhulpverlening (Msnp)
- Termijn Wsnp
Gerelateerd
In dit hoger beroep gaat het om de vraag of óók nadat in een voorafgaand faillissement is afgedragen conform het vastgestelde Vtlb, de Wsnp een eerdere ingangsdatum kan krijgen.
In september 2024 is het faillissement van appellante omgezet in een Wsnp. Op advies van de Wsnp-bewindvoerder zou het verzoek om een eerdere ingangsdatum niet moeten worden gehonoreerd: bij vonnis van 16 januari 2025 heeft de rechtbank het ...
Uitspraak van 6 maart 2025 waarin de rechtbank bepaalt dat aflossingen in het kader van langlopende betalingsregelingen niet gelijk gesteld kunnen worden aan "aflossen" in de zin van artikel 349a lid 1 van de Faillissementswet (Fw).